Archieven

190 In de naam van de heer God amen. Vandaag 9 oktober 1687 omstreeks 6 uur na de middag, verscheen voor mij notaris en getuigen Bartholomes en Peter, broers en zoons van Jan Mattijs Meussen wonend te St. Michielsgestel welke Bertholomeus enigermate ziek is Peter die ziek in bed ligt, maar beiden in het bezit van hun verstand en geheugen. Ze overdenken de broosheid van het menselijk bestaan, de zekerheid van de dood en de onzekerheid van de tijd waarop en willen daarom hun laatste wil opmaken en willen zulks na hun dood te worden nagekomen ook al zou het in strijd zijn met ander recht. Ze herroepen alle eerdere testamenten of codicillen en bevelen hun zielen zodra ze zijn overleden aan bij de almachtige God en willen een christelijke begrafenis. Ze vermaken elkaar aan de langstlevende van hen beiden alle roerend en onroerend bezit, en ze benoeme elkaar daarin als hun universele erfgenaam, maar de langstlevende moet wel aan hun broer Mattijs Jan Mattijsen de som van 6 gulden betalen, verder aan hun zuster Cathalijn die nu is getrowud met Jan Peters van Overbeeck ook 6 guldens eens en aan Marijke hun andere zuster die is getrouwd met Franck Jan Rijckaerts ook 6 gulden eens, waarmee deze tevreden zullen moeten zijn. De testateurs verklaren dat dit hun testament is en willen het zo hebben uitgevoerd. Aldus gepasseerd ten woonhuize van de testateurs in St. Michielsgestel in aanwezigheid van Jan Adriaens en Thomas Dircks als inwoners alhier en getuigen. Ondertekend : Meus Jan Tijssen, Peter Jan Tijssen, Jan Adriaens, dit merk is van Thomas Dircks, quod attestor W. van Gestel notarius publicus.