Archieven

160 Voor ons schepenen verschenen Gerit Janssen van de Berghe en diens vrouw Maijken, genoemde van de Berghe ziek in bed liggend maar Maeijken gezond van lijf en leden, beiden in het bezit van hun verstand en geheugen. Ze maken nu hun testament op en vermaken over en weer aan de langstlevende van hen beiden de volle bevoegdheid over alle roerend en onroerend bezit dat de eerstoverlijdende zal achterlaten waarmee de langstlevende naar eigen keuze kan handelen, alsof beide testateurs nog in leven waren. Als de langstlevende komt te hertrouwen komt de voorgaande clausule te vervallen en krijgt de langstlevende de som van 1000 gulden die daarmee kan doen en laten wat die wil. Verder willen de testateurs dat hun dochter Jenneken na hun beider dood vooraf de som van 150 gulden krijgt vanwege het ongeval dat ze aan haar ogen heeft gehad en vanwege andere hen daartoe moverende redenen. Al hun overig bezit waarover ze nog niet hebben beschikt, vermaken de testateurs aan hun beider wettige kinderen en benoemen die als hun universele erfgenamen. De testateurs hebben verklaard dat dit hun testament is en willen het als zodanig hebben uitgevoerd. Datum 8 februari 1657, getuigen meester Anthonij Vermuelen en Peter Janssen van de Sande. Ondertekend: Geraert Janssen van de Berch, dit merkteken is van de testatrice, Peter Janssen van de Sande, Antoni Vermeulen, me present A. Hugens secretaris.