Archieven

210 Willem soene wylen Hanrick Houbraken man van Elysabeth dochter wylen Wouters soene wylen Jans die Doncker en dochter van Wouteren vrouw Gertruden dochter wylen Jans soene wylen Hanricxs soen vander Ryt, en Danelt soene wylen Thomas Janssoen die Decker man van Heylwigh dochter wylen Hanricx soene wylen Jans vander Ryt, en Jan soene Driessen soene wylen Gerits vanden Horck en zoon van Driessen vrouw Sophien dochter wylen Jans soene wylen Hanricx vander Ryt, en Ermgaert dochter van voornoemde Driessen en Sophien, gemachtigd door Hanricken soene wylen Jans die Vrieze hebben een erfpacht van 14 'loepen' rogge, 'der maten van Sente Oeden Rode' opgedragen en overgegeven aan Willemen soene wylen Hanricx soene wylen Jans vander Ryt 'onse mede scepen', en Willemen soene wylen Hanric Houbraken ten behoeve van Jans soene wylen Wouters soene wylen Jans die Doncker 'voer die helft'. De erfpacht wordt betaald door Jans soene wylen Willems vander Hage uit 'enen stuck lants genoemt Wouters Loe', groot ca. 6 'loepense', gelegen in in de parochie Sente Oeden Rode 'ter plaetsen geheyten Eerde,: - e.z.: Jans geheyten vander Locht; - a.z.: Jonathe geheyten Abensoen; - e.e.: het goed van de erfgenamen van Jans geheyen van Myerle; - a.e.: 'een gemeyne stege'. Ook uit 'enen stuck lants geheyten Shouwers Loe', ca. 12 'loepense' groot, gelegen als voor: - e.z.: het goed van Methelden we(duw)e wylen Aerts van Myerle en haar kinderen; - a.z.: het goed van Aerts die Snyder; - e.e.: het goed van Rycolits geheyten van Swol. Rutger en Jan gebroederen, kynderen wylen Hanricx geheyten vander Ryt van Myerle hadden deze erfpacht eerder gekocht van Geritden geheyten Houbraken soene wylen Aerts. Jan soene wylen Willems vander Hagen had beloofd deze erfpacht te betalen aan Jan soene wylen Claeus Wautgerssoen. Voornoemde personen hebben dit goed geërfd van Aleyten dochter wylen Jans soene wylen Hanricx vander Ryt. Getuigen: als voor.