Archieven

304 Lenaert Adriaen Lenaerts (61) te Sint Michielsgestel en Adriaen Willem Rijckerts (60), tegenwoordig borgemeester onder Schijndel met een verklaring t.b.v. Handrick Goossen namelijk, dat Jan Dickssen van de Ven in eigendom heeft toebehoord en hem aangekomen van zijn ouders “een hoijbeeck” gelegen achter de Wielschehoeve en aan de andere zijde verschillende geërfden opte Sleebeeck en Lenaert Ariens heeft daar in 1638 en 1639 gewoond en Jan Dirckss woonde bij hem in de kamer en Lenaert heeft destijds gezien dat Jan Dirckss “een nieuw graeffken neffens het voorgenoemde hoijbeecxken op sijn eijgen grondt ende erffve heeft gegraven noortwaerts beginnende aen den loop van Gijsbert Karsmans, schietende soo voort neffens erffven van de wedue Franck de Becker, jonker Boecop ende d’erffgenamen van Jan Cornelissen.” Alle aarde uit dat slootje heeft hij op zijn eigen grond opgebracht, maar niemand van de omliggende percelen heeft daar op gelet of tegenstand geboren; volgens Arien Willems heeft rond 1640 de genoemde “hoijbeeck” van Jan Dirckss van de Ven gekocht en 16 a 17 jaren in bezit gehad en heeft dat slootje in die tijd “uijtgeveecht, gegraven ende gepoodt”; oostwaarts lag een slootje tussen de genoemde “hoijbeeck” en het erf van Jacob Arien Jacobs. Getuigen: Jan Janssen Spierincx en Handrick Aert Michiels.