Archieven

106 De zelfde verkoopster (joffrouw Anna de Borchgrave) verkoopt aan Mathijs Huijberts Mathijssen het restant van de genoemde Doerenacker, zijnde akker- en weiland inclusief het gebruik van de vermelde pad aan het einde van het voetackerken, dat nog moet worden gegraven en omheind,. samen ca. 6 lopenzaad, ter zelfder plaatse als hiervoor, belendend de koper zelf, de sloot tussen het erf van Peter Claessen, Maria weduwe van Peter Conincks, de verkoopster zelf, verder Jan Henssen, Maria weduwe van Jan Jacops, het Voeackertje daar. Verder dient daar de pad te worden aangelegd tot aan de straat toe. De verkoopster belooft alle lasten van haar kant af te handelen, behalve jaarlijks 2 cijnshoenderen aan de heer over te nemen met een lopende en een vervallen termijn.Verder moet de koper overpad verlenen aan de andere 2 stukken van de Doerenacker, zijnde van Jan Henrick Santegoets en van Mathijs Huijberts zelf. Actum ut supra.