Mijn Studiezaal (inloggen)5115.5 Index Notarieel protocol Den Dungen (5115.5)
111 Mishandeling echtgenote
Voor mij Willem Mans notaris en getuigen verscheen Marten Jan Martens alhier wonend oud ca. 62 jaar en Jan Luijcas van Gemert ook alhier wonend oud ca. 30 jaar, beiden geloofwaardige getuigen en hebben op verzoek van Hendersken Dircks weduwe van Hendrick Weijgergancks ook inwoonster van deze parochie het volgende verklaard. Het is hen bekend dat Jan Peter Vuchts die is getrouwd met Maria als dochter van de requirante afgelopen Pinksteren samen met zijn vrouw in het huis van de requirante op de Poeldonck zijn komen wonen, naast de woning van de deponenten en dat zij deponenten sindsdien diverse keren hebben gehoord dat Maria dochter van de requirante in haar huis om hulp riep omdat ze dacht door haar man te worden vermoord. Daarop waren zij diverse keren naar het huis van genoemde Vuchts gegaan en hadden diverse keren gehoord dat Jan Vuchts zijn vrouw dreigde te vermoorden en ook gehoord te hebben dat hij de zelfde Maria met hout of ander materiaal haar heeft geslagen. Deze Maria is diverse keren in het huis van de deponenten komen klagen over de slechte behandeling van haar door deze Jan Vuchts en dat hij ook dikwijls door Maria was verzocht om etenswaar te halen ten hare behoeve en dat ze verklaarde dat haar man haar honger liet lijden en alle eten apart hield en dat de requiranten diverse keren het eten voor haar dochter naar het huis van de deponenten had gebracht en dat de deponenten het eten dan weer aan het huis van Maria terugbracvhten en dat Jan Vughts toen tegen de deponenten zeer *vileijn* (slechte dingen) over zijn vrouw sprak en dreigde dat hij zijn vrouw die hij vaak blinde (of blonde?) duivel noemde met haar moeder en zijn kind de hals te zullen breken. Hij is ook diverse keren naar huis gekomen als deze Maria ..voortig (?) bitter weende en over haar slechte behandeling klaagde die haar man haar en haar kind aandeed. Het is de deponenten ook bekend dat Maria daarna ziek is geworden en enkele weken het bed heeft moeten houden
Voor mij Willem Mans notaris en getuigen verscheen Marten Jan Martens alhier wonend oud ca. 62 jaar en Jan Luijcas van Gemert ook alhier wonend oud ca. 30 jaar, beiden geloofwaardige getuigen en hebben op verzoek van Hendersken Dircks weduwe van Hendrick Weijgergancks ook inwoonster van deze parochie het volgende verklaard. Het is hen bekend dat Jan Peter Vuchts die is getrouwd met Maria als dochter van de requirante afgelopen Pinksteren samen met zijn vrouw in het huis van de requirante op de Poeldonck zijn komen wonen, naast de woning van de deponenten en dat zij deponenten sindsdien diverse keren hebben gehoord dat Maria dochter van de requirante in haar huis om hulp riep omdat ze dacht door haar man te worden vermoord. Daarop waren zij diverse keren naar het huis van genoemde Vuchts gegaan en hadden diverse keren gehoord dat Jan Vuchts zijn vrouw dreigde te vermoorden en ook gehoord te hebben dat hij de zelfde Maria met hout of ander materiaal haar heeft geslagen. Deze Maria is diverse keren in het huis van de deponenten komen klagen over de slechte behandeling van haar door deze Jan Vuchts en dat hij ook dikwijls door Maria was verzocht om etenswaar te halen ten hare behoeve en dat ze verklaarde dat haar man haar honger liet lijden en alle eten apart hield en dat de requiranten diverse keren het eten voor haar dochter naar het huis van de deponenten had gebracht en dat de deponenten het eten dan weer aan het huis van Maria terugbracvhten en dat Jan Vughts toen tegen de deponenten zeer *vileijn* (slechte dingen) over zijn vrouw sprak en dreigde dat hij zijn vrouw die hij vaak blinde (of blonde?) duivel noemde met haar moeder en zijn kind de hals te zullen breken. Hij is ook diverse keren naar huis gekomen als deze Maria ..voortig (?) bitter weende en over haar slechte behandeling klaagde die haar man haar en haar kind aandeed. Het is de deponenten ook bekend dat Maria daarna ziek is geworden en enkele weken het bed heeft moeten houden
Vervolg:
en dat het kind van Maria daarop ook ziek is geworden en niet door Maria als moeder kon worden verzorgd en de requirante ook niet mocht helpen omdat zulks door Jan Vuchts werd belet en korte tijd daarna op ellendige wijze is komen te overlijden. De depenenten hebben ook dikwijls gehoord dat Jan Vuchts zijn vrouw had belet om het kind wat goed te doen, zeggend dat hij de kosten daarvan nodig had want dat het bedorven was of dat hij niet dacht dat het kind als het in leven bleef een mens kon worden. Enige tijd na de dood van het kind heeft Jan Vuchts van tijd tot tijd alle meubels toen uit het huis gehaald, het vee uit de stal genomen en het koren op zolder verkocht en weggebracht en daarom was het hele huis leeg zodat Maria zichzelf nauwelijks kon behelpen en zij requirante als moeder vanwege die vreselijke dreigementen van Jan Vuchts niet bij haar dochter durfde komen en dat Maria daarna eindelijk van de Poeldonck vertrok naar haar moeder als requirante in deze. De laatste deponent verklaart dat Jan Vuchts met een bloot mes in zijn hand de requirante uit het huis van haar dochter had gejaagd op weg naar het huis van de tweede deponent waar hij deponent haar op vlucht heeft gered, en de tweede deponent heeft toen zijn huis aan alle kanten moeten sluiten omdat Jan Vuchts wilde dat de deponent uit zijn huis zou komen. Genoemde Marten als eerste deponent verklaart nog dat hij op een bepaalde dag met de requirante naar het huis van Jan Vuchts is gegaan en heeft gehoord en gezien dat de requirante haar dochter wilde bekijken naar haar lijf waarvan ze verklaarde door genoemde Jan Vuchts te zijn gestompt en dat de requirante dat door Jan Vuchts als haar schoonzoon met geweld werd belet en onderwijl met vreselijk getier een houten stoel nam, en daarmee de requirante op het hoofd zou hebben geslagen als niet de eerste deponent en de vrouw van Luijcas Matijssen die daar in huis waren, dat hadden belet.
Vervolg 2:
De deponenten zijn bereid deze verklaring later onder ede te bevestigen en ze verklaren naaste buren te zijn en daar dagelijks hebben verkeerd. Aldus gepasseerd in Den Dungen op 27 mei 1694, in aanwezigheid van Jan Daniels van Osch wonend te St. Michielsgestel en Adriaen Mans alhier wonend. Ondertekend: Marten Janssen Martens, dit merk + is van Jan Luijcas van Gemert, Jan Daniels van Osch, Adriaen Mans, mij present W. Mans notaris.
Persoon in schepenakte:
Jan Luijcas van Gemert
Jan Daniels van Osch
Marten Jan Martens
Jan Peter Vuchts
Marten Janssen Martens
Willem Mans
Hendersken Dircks
Hendrick Weijgergancks
Jan Vuchts
Jan Vughts
Luijcas Matijssen
Adriaen Mans
W. Mans
Datering:
27-05-1694
Pagina:
247r
Plaats:
Den Dungen
Akte aanwezig:
Ja
Toegangsnummer:
5115
Inventarisnummer:
Bron:
Notarissen
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd