Archieven

741 Wij Henrick Willems van Beeck en Peter Schuermans, schepenen in Gestel, verklaren dat eerder Michiel Lauwrens en Peter Ruelens als voogden over de 6 minderjarige kinderen van wijlen Jan Arnts van den Gasthuijse en diens vrouw Marijke Christiaen Gerits, zaliger gedachtenis, een open brief van octrooi hadden verkregen tegen Marijken als weduwe van Jan zoon wijlen Peter Glavimans, om in die aangelegenheid *relievement * (ontheffing) te verkrijgen zoals aan deze Marijke door hen was vertoond inzake een huis en tuin, gelegen te Gestel ter plaatse genoemd Ruijmel, waarbij deze minderjarige kinderen na dood van hun ouders erfgenamen waren gebleven, zoals Marijke dat bezit had gekocht vanwege uitwinning binnen het jaar van een zekere Jan Wouters voor een jaarlijkse pacht van een half mud rogge. Nadat Marijke de inhoud van die open brief volledig was voorgelezen en uitgelegd, zoals ze bekende, heeft ze daarop uit vrije wil deze brief geaccepteerd en ze verklaart niet tegen te willen werken nog zijzelf nog iemand anders namens haar en ze heeft daarom afstand van haar aankoop gedaan, zodat die brief van *relievement* van kracht is geworden alsof er een definitief vonnis had plaatsgehad. Maar Marijke zal van de voogden wel alle geld terugkrijgen dat ze aan genoemde Jan Wouters had betaald op de dag van de uitwinning en alle andere geld dat op het huis was geleend en na betaling zal ze *handlichting* doen van het bezit zoals door de voogden is beloofd haar terug te zullen betalen. Marijke met haar voogd belooft al deze afspraken na te zullen komen op onderpand van haar persoon en haar bezit. Akte is voorzien van het schependomszegel. Datum 5 februari 1563.