Heymen Peters van de Wiel heeft beloofd een erfcijns van 12 Carolus gulden te betalen aan Dinghe weduwe van Jan Claes, uit een 'huys, hoff, hoffstadt ende erffenisse daer aen liggende', zoals Heymen dat van zijn vrouw Annelen heeft geërfd, gelegen aen den Biesen
* e.z.: het goed van Symen Delis
* a.z.: het goed van de minderjarige kinderen van Geert Meus
* e.e.: het goed van Lambert Jan Denen
* a.e.: de gemeynt van Vechel
Getuigen: Marten Donckers en Marten Meus Janssen
Bijschrift: Jan Lambert Lathouwers, inwoner van Bruegel, als koper van de helft van de voorgenoemde erfcijns, verklaart dat deze aan hem is afgelost door Luijtien weduwe van Jan Heijmen Peters. De andere helft staat op naam van Jan Peter Janssen, die was getrouwd met Jenneken Jan Leesten, ook erfgenaam. Deze andere helft is afgelost op 17-06-1691. Getuigen: C. van der Hagen en J. Goorts. H. Bijmans, substituut-secretaris.