Archieven

100 Jan Janssen Craenven, inwoner Berlicum. Verklaring. Is zondag 21 augustus 1695 met zijn paard en kar komen aanrijden bij het huis van Adriaan Gerits van de Coevering waarmee hij op op Middelrode-kermis geweest was en toen hij bij het *gewat* kwam te Middelrode was daar een Geerit Peters van Empel en riep tegen Lambert Tonis Hensen die bij hem attestant op de kar zat, *sa schelm, komt eraf* Hij is met zijn kar toen verder gereden naar het huis van Adriaan Dielissen en heeft gezien en gehoord dat deze van Empel samen met Dellis Geerits vban den Acker en nog een andere persoomn, in huis daar binnenvielen zeggend * com schelmen daer uijt* . Hij atttestant wilde er tussenuit blijven . Deze personen hadden verder zijn houweel van de kar genomen en Geerit Peters had een gaffel in zijn hand, waarmee ze het huis binnendrongen. Hij heeft een moment later hen ook met stokken etc. gezien die deze Lambert Teunissen naliepen die op de vlucht was geslagen en zijn hoed moest achterlaten. Daarna kwamen ze allemaal terug en riepen tegen de attestant * o schelm, het is uw schuld, gij moet eraan* en hij had gezegd *gij lui kont mijn maar doot smijten* en dat zijn paard en kar stond vastgebonden waarop zijn kind nog lag en sliep. De woendsdag erop kwam hij attestant ten huize van Hendrik van der Heijden en toen hij samen met zijn vrouw naar huis wilde kwam Deelis Geerits van den Acker met nog 5 -6 andere personen en riepen tegen hem *sa schelm en honsvot, komt van de kar* etc. etc.
Adriaan Geerits van de Coeveringh, inwoner Berlicum
Jacob den Bermer, notarisgetuige Berlicum 1695
Godert Peeters Ottens, notarisgetuige Berlicum 1695