Uittreksel van een acte, waarbij Cornelis Outshoorn, scheepmaker te Koudekerk en zijn schuldeisers verklaren, ter voorkoming van "executoriale procedures" en ter vermijding van daarmede gemoeide kosten, te zijn overeengekomen, o.a. dat alle goederen en bezittingen van genoemde Outshoorn door drie crediteuren, t.w. Jan van Heumen, C. Piek en Arij Meurs, binnen de tijd van drie maanden doch uiterlijk voor eind juli 1803, hetzij publiek of uit de hand worden verkocht; dat genoemde onderhandse verkoop slechts mag worden gedaan na goedkeuring van ten minste twee der grootste schuldeisers naast eerder genoemde drie crediteuren; dat deze overeenkomst niet zal worden uitgevoerd als niet alle op een lijst vermelde crediteuren voor of uiterlijk 15-05-1803 deze hebben ondertekend en dat genoemde Outshoorn op eerste verzoek van de drie crediteuren zich zonodig tot de notaris zal wenden in het belang van een goede uitvoering van deze overeenkomst. Op 29-04-1803 en volgende dagen ondertekent door C. Outshoorn, Maria van Meurs weduwe Arij van Leijden, J. van Heumen, C. Piek, E. Boon, Joh. Niehot, F. Booij voor rekening van de boedel van wijlen J. Groot, J. van Linschooten, J.C. Muller, de gebr. J. en C. Bronsgeest Cz., A. de Vriend, J. van Veen, A. van Hoeken. Kl. Reijneveld, P. Outshoorn, Dr. P. van Eijndhoven Haasbaart, A.D. Gouzal en M. van der Zeegen Lagenwerff voor de boedel van wijlen I. A. Prijn.

Copie van de acte, gepasseerd voor notaris Jan van der Snoek te Koudekerk, waarbij Cornelis Outshoorn, wonende te Koudekerk, verklaart dat ingevolge het contract van 29-04-1803, hij volledige volmacht heeft gegeven aan Jan van Heumen, wonende te Thamen(?) aan de Amstel, Carel Piek, wonende te Outshoorn en Arij van Meurs te Koudekerk om namens hem al zijn goederen te gelde te maken en tegoeden in te vorderen. Verder met de te ontvangen gelden zijn schulden te voldoen en voor gemaakte kosten in deze aan Jan van Heumen 55 gulden en 17 stuivers en aan Carel Piek 54 gulden, 17 stuivers en 10 penningen te voldoen. Aan Maria van Meurs, weduwe Arij van Leijden, het restant van een schuldbrief ad 1500 gulden, te vermeerderen met achterstallige rente uit te betalen en aan Jan van Heumen wegens een nog uitstaande schuld, 1100 gulden met rente. Vervolgens het overige geld onder alle verdere crediteuren "ponds ponds" gelijk te verdelen.

Copie van een acte waarbij Klaas Reijneveld en Pieter Outshoorn, als mede-crediteuren van Cornelis Outshoorn, verklaren dat de aan laatstgenoemde toebehorende scheepsmakerij met huis, hellingen en werkloodsen kan worden verkocht voor een bedrag niet lager dan 1800 gulden, waarbij niet begrepen de gereedschappen en het hout, een en ander op basis van een taxatie van twee onpartijdige deskundigen.

Jan van Heumen wonende te Thamen aan den Amstel, Arij van Meurs wonende te Koudekerk en mede namens Carel Piek wonende te Oudshoorn, met van Cornelis Outshoorn, handelend ingevolge de acte van overeenkomst dd. 29-04-1803, verkopen aan Jan Vuijk, tot dan woonachtig te Delft doch thans te Koudekerk, een huis met erf, zijnde een scheepmakerij met twee werkhuizen, gelegen in de Hondsdijk te Koudekerk, belend ten oosten Simon Eland c.s., ten zuiden de Rijn, ten westen de Doorvaart en ten noorden de Hereweg of Lage Rijndijk. Koopsom 2000 gulden.